Author Country Media Name Year Topic Translator

Nederlandse Staat in Hoger Beroep Martelingszaak Yaseman

Persbericht: De Nederlandse Staat In Hoger Beroep Martelingszaak Yaseman

Stichting K.U.K.B., 11 oktober 2018

Begin deze week, op maandag 8 oktober 2018, maakte de Nederlandse staat bekend dat zij in hoger beroep gaat in de zaak Yaseman. De inmiddels overleden Javaanse man stelde de Nederlandse staat in 2014 aansprakelijk voor ernstige folteringen die hij onderging tijdens de onafhankelijkheidsoorlog 1945-1949. Afgelopen juli oordeelde de rechtbank in Den Haag dat de Nederlandse staat inderdaad verantwoordelijk is voor een aantal van de martelingen die Yaseman naar voren bracht. Hij was het eerste Indonesische oorlogsslachtoffer dat in 2017 via een Skype-verbinding werd verhoord. Yaseman zelf heeft de uitspraak van de Nederlandse rechter niet meer mee kunnen maken, enkele weken na zijn getuigenis overleed hij in zijn woonplaats Malang op 89-jarige leeftijd.

Op 18 juli j.l. heeft de rechtbank Den Haag het bewezenverklaard dat Nederlandse militairen in 1947 de schedel van de gevangengenomen Yaseman met een stok hadden ingeslagen en een sigaret op zijn hoofd hadden uitgedrukt. Door deze uitspraak werd de staat gedwongen om Yaseman’s nabestaanden 5000 euro aan schadevergoeding te betalen. Hiertegen gaat de staat nu in hoger beroep.

Liesbeth Zegveld, de advocate van Yaseman: “het is bekend dat Nederland tijdens de onafhankelijkheidsoorlog op grote schaal heeft gemarteld. Van alle slachtoffers heeft maar een slachtoffer zich bij de rechtbank gemeld, dat is de heer Yaseman. Het is jammer dat zelfs voor deze ene zaak de staat geen verantwoordelijkheid wil nemen.”

K.U.K.B. voorzitter Jeffry Pondaag, die opkomt voor Indonesische slachtoffers en Nederlands IndonesiĆ«-weigeraars: “Dat de staat in hoger beroep gaat bewijst dat Nederland nog steeds geen verantwoordelijkheid neemt voor wat daar gebeurd is. Ondanks alle publicaties dat Nederlandse oorlogsmisdaden toch echt structureel waren en op grote schaal voorkwamen. Een grove schending van de mensenrechten van de eerste orde.”

Vorig jaar trok de Nederlandse overheid nog 4,2 miljoen euro uit voor een vierjarig onderzoek naar het geweld tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog. Samen met mevr. Francisca Pattipilohy (92) schreef Pondaag een kritische open brief aan de regering waarin zij de onafhankelijkheid van het onderzoek in twijfel trokken. Pondaag: “Wat betekent het als diezelfde overheid ervoor kiest om in hoger beroep te gaan in een zaak waar ze slechts 5000 euro aan schadevergoeding hebben moeten betalen? Ze tonen hiermee geen enkele welwillendheid naar Indonesische oorlogsslachtoffers toe. Sterker nog, het Nederlandse Instituut voor Militaire Historie (NIMH), een van de drie instituten die het onderzoek uitvoert, valt direct onder het Ministerie van Defensie en ondersteunt de staat in het tegenwerken en afwijzen van claims zoals deze van Yaseman.”

De historische achtergrond is dat Yaseman in 1947, hij was toen 18 jaar oud, iets ten zuiden van het Oost-Javaanse stadje Malang werd gearresteerd door Nederlandse militairen waarna hij vervolgens meer dan een jaar gevangen werd gehouden. Hij werd destijds verdacht een Indonesische vrijheidsstrijder te zijn. In de dertien maanden dat hij gevangen zat werd hij op verschillende manieren gemarteld. O.a. door middel van waterboarding, dit is de marteltechniek waarbij grote hoeveelheden water via een slang worden toegediend. Yaseman verklaarde in juli 2017 via een Skype-verhoor dat Nederlandse militairen na het waterboarden tegen zijn buik schopten waardoor hij het water weer moest uitbraken. Verder werd hij geƫlektrocuteerd met gebruikmaking van een veldtelefoon.

In een eerdere TV-reportage van Altijd Wat (2013) gaf hij aan dat de elektrische schokken het pijnlijkst waren. Verder drukten Nederlandse militairen ook een brandende sigaret uit op zijn hoofd, ze sloegen hem op zijn schedel met een stuk hout en werd urenlang vastgebonden in de hete zon. Eveneens lieten ze hem in zijn eigen urine en ontlasting slapen. Door gebrek aan bewijs werd de staat alleen veroordeeld voor de stokslagen en het uitdrukken van de sigaret. Dus niet voor waterboarding en het pijnigen middels elektrische schokken.

Bekijk de getuigenis van Yaseman vanaf min. 18:35: