Over ons

De kernactiviteit van Histori Bersama is het over en weer vertalen van Nederlandse en Indonesische publicaties. Met als doel om aan de hand van deze vertalingen te reflecteren op het koloniale verleden. Naast de enorme afstand tussen beide landen, merken wij dat met name de taal barrière een breder begrip in de weg staat. Als het Nederlandse publiek kennis kan nemen van de manier waarop Indonesische journalisten en historici over het koloniale verleden schrijven, dan leidt dat ongetwijfeld tot nieuwe inzichten. Maar andersom kan het voor Indonesiërs ook belangrijk zijn om op de hoogte te zijn van de verschillende ideeën en sentimenten die in Nederland nog steeds leven als het gaat om de koloniale geschiedenis. Als bronnen van informatie ondersteunen de vertalingen historisch onderzoek en individuele processen van waarheidsvinding. Ons vertrekpunt is nadrukkelijk antikoloniaal. Dat wil zeggen dat wij een koloniale bezetting, en alles wat daarbij hoort, als een ernstige mensenrechtenschending beschouwen.

Niettemin kunnen de vertalingen als zodanig uiteraard wél koloniale gedachten en ideeën bevatten, inclusief pijnlijk taalgebruik. Het is daarom belangrijk om te realiseren dat de artikelen in de meeste gevallen elders zijn gepubliceerd. In die zin creëren we geen eigen content. Om die reden accepteren wij geen artikelen die nog niet elders zijn gepubliceerd. We zijn geen regulier publicatieplatform. Hetzelfde geldt voor artikelen die alleen in het Nederlands of alleen in het Indonesisch te lezen zijn. (We plaatsen soms wel Engelse artikelen aangezien deze taal als ‘brug’ fungeert tussen het Nederlands en Indonesisch.) Het doel van Histori Bersama is om inzicht te verschaffen in de verscheidenheid aan ideeën, hoe pijnlijk en incorrect sommige ook zijn. De visies en meningen op deze website behoren dan ook toe aan de oorspronkelijke auteurs en vertegenwoordigen niet noodzakelijk de mening van het team achter Histori Bersama.

De statuten:

Histori Bersama werd officieel opgericht op 20 september, 2016 in Rotterdam.

Marjolein van Pagee Oprichter & penningmeester

Marjolein van Pagee – Oprichter en penningmeester
Een oud portret van mijn opa in uniform was voor mij de aanleiding voor een zoektocht naar zijn ervaringen tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog. Ik kwam erachter dat hij tussen 1947 en 1949 bij de Mariniers in Surabaya zat. Dat ene portret zette mij er toe om het foto- en interviewproject ‘Kembang Kuning – Gele Bloem’ te starten. Sinds 2010 interviewde ik meer dan vijftig Nederlandse en Indonesische veteranen en ooggetuigen.

Door mijn vele reizen naar Oost-Java kwam ik in aanraking met een heel ander historisch perspectief. Voor de Indonesiërs is de onafhankelijkheidsoorlog de geboorte van de eenheidsstaat. Maar in Nederland zijn de zogenoemde ‘politionele acties’ een pijnlijk hoofdstuk dat men maar niet onder ogen wil zien. Inclusief de 350 jaar die daaraan voorafging. 

Hoe kwam Histori Bersama tot stand? Eigenlijk heel eenvoudig: Samen met mijn Indonesische contacten vertaalden wij zo nu en dan artikelen die we vervolgens deelden op social media. Wij deden dit vanuit de motivatie om elkaar meer inzicht te geven over wat er gedacht werd aan de andere kant van de wereld. Door de vele ‘likes’ en commentaren kwamen we erachter dat er in beide landen interesse is om meer te weten te komen over elkaars denkbeelden. Niet lang daarna kwam ik op het idee om de vertalingen te bundelen en samen te brengen op een website. Het is een gegeven dat de Nederlandse taal op wereldschaal relatief weinig gesproken wordt, dit zorgt ervoor dat ons land met veel mensenrechtenschendingen is weggekomen. In onderzoeken naar koloniale misstanden is het vaak “de slager keurt zijn eigen vlees.” Indonesië is een van de weinige landen in de wereld die de taal van de kolonisator niet heeft overgenomen. Met als gevolg dat Nederlandse discussies over wat er in Indonesië is gebeurd tot op de dag van vandaag vaak Nederlandse onderonsjes blijven. Er is weinig confrontatie. Met het doorbreken van de taal barrière wil ik de stolp van Nederland halen. Het kan louterend werken om perspectieven, met name van de volkeren die de koloniale bezetting hebben ondergaan, tot je te nemen en daarmee aan de slag te gaan en zo het denken te hervormen.

Marjolein is historicus, publicist en volgde een master Koloniale en Wereldgeschiedenis aan de Universiteit Leiden.

Het bestuur

Daniël Samar Voorzitter

Daniël Samar – Voorzitter
Ik ben de oudste van drie en een nazaat van een oma uit Kalimantan en een opa uit Tanimbar. Mijn vader zette samen met zijn ouders in 1951 voet aan Nederlandse wal. Mijn vader vestigde zich in de Achterhoek waar hij een witte Nederlandse vouw leerde kennen, mijn moeder. Zij kregen samen drie kinderen. Ik zeg met enige regelmaat dat alle betrokkenen in mij vertegenwoordigd zijn, wat niet betekent dat ik automatisch op de hoogte was van de geschiedenis van de Nederlandse bezetting van Indonesië. In mijn jeugd had ik altijd het gevoel van ‘wat doe ik hier, waarom ben ik hier, ik zie er niet uit zoals mijn Nederlandse vriendjes en vriendinnetjes’. In Zutphen, waar ik opgroeide, had je daarentegen wel een redelijk grote Nederlands-Indische gemeenschap. Tijdens mijn pubertijd trok ik veel met hen op en zo groeide mijn interesse voor Indonesië. Dat waren de eerste stapjes in mijn zoektocht naar puzzelstukjes over Indonesië. Het is een lange reis waar ik beetje bij beetje meer ontdek. Ik begon mij te realiseren dat de geschiedenis vanuit Nederland niet klopte. Er wordt gepraat vanuit het perspectief dat Nederlanders gewoon ‘aanwezig’ waren, maar nooit wordt de term ‘bezetter’ genoemd.

Alleen dit laat al zien hoe gefragmenteerd de geschiedschrijving is in Nederland. Die fragmentatie heeft niet alleen een effect op de geschiedschrijving zelf (of beter gezegd de geschiedvervalsing) maar ook op mij als reiziger binnen die zoektocht. Het doet wat met je als mens. We zijn mensen van vlees en bloed en geen harde schijven waar je informatie op zet. Ik vind het pijnlijk om te constateren dat er geen gelijkwaardige verhouding is gecreëerd om Indonesische onderzoekers mee te laten kijken naar de geschiedenis. Hierdoor is er een context gecreëerd die heel eurocentrisch is. In mijn werk als musicus/producent gaat het vooral om het leggen van verbindingen op muzikaal en menselijk vlak. Hierdoor kom ik ook in contact met verschillende culturen. Ik ben meer dan 10 jaar in Duitsland werkzaam geweest en heb er 5 jaar gewoond. De Duitste cultuur is beduidend anders als het gaat om omgaan met een pijnlijk verleden. Het valt mij op dat Nederlanders al weinig over Indonesië  weten, maar buiten de Nederlandse landsgrenzen weet men nog veel minder, zeker als het gaat om de geschiedenis. Daarom is het werk van Histori Bersama zo belangrijk. 

Daniël Samar is uitvoerend musicus en producer.

 

Asri Prasadani, Secretaris

Asri Prasadani – Secretaris
Ik ben geboren en getogen in Nederland en als dochter van Indonesische ouders ben ik mij altijd erg bewust geweest van mijn Indonesische identiteit. Bijvoorbeeld door de taal: ik ben mijn ouders dan ook erg dankbaar dat zij altijd Indonesisch met mij spraken, want taal is een van de belangrijkste sleutels om een cultuur te begrijpen. Naast de taal, hebben mijn ouders mij ook een historisch en politiek bewustzijn meegegeven. Vanaf het begin van mijn schoolcarrière was ik me dan ook erg bewust van hoe Indonesië tijdens de geschiedenis lessen aan bod kwam. Het jaartal 1949 i.p.v. 1945 als begin van de onafhankelijkheid viel mij dan bijvoorbeeld direct op. In de verhouding tussen een gekoloniseerd land en kolonisator is het daarom nóg belangrijker om beide kanten van het verhaal te horen – en kritisch naar elkaar te luisteren – want één bron is nooit voldoende of volledig juist.

Asri woont in Amsterdam en heeft religiewetenschappen gestudeerd

Vertalers:

Yongky Gigih Prasisko, vertaler

Ik ben een zelfstandig onderzoeker in cultural studies, ik houd me bezig met actuele onderwerpen, zoals postkoloniale zaken, social media, pop cultuur en de culturele industrie. Ik heb een bachelor in Engelse literatuur en behaalde een master in media and cultural studies en daarnaast een master in filosofie. 

Ik ben nauw betrokken bij het opzetten van diverse projecten zoals bijvoorbeeld de oprichting van Brikolase: Center for Art and Cultural Studies, ook vertaal ik regelmatig voor Histori Bersama, en organiseer ik dekoloniale discussies die via YouTube te volgen zijn en ik ben ook betrokken bij diverse culturele onderzoeken.

Ik heb vier boeken geschreven die gaan over mijn vakgebied cultural studies en over hedendaagse onderwerpen met betrekking tot Indonesië maar ook daarbuiten. 

Op dit moment ben ik werkzaam als onderwijzer in Yogyakarta en ook ben ik hoofdredacteur bij PortalYogya.com, een lokaal online media platform. 

Email: yongky.gp@gmail.com

 

Batari Oja, vertaler

“Hoi, ik ben Batari uit Indonesië” dat is hoe ik mijzelf introduceer als ik in China ben. 

Mijn opa was een van de eerste luitenants van het Indonesische nationale leger  (TRI, nu TNI), die leiding gaf aan de troepen vanuit Java naar mijn geboorteplaats in Zuid-Sulawesi tijdens de militaire agressie van Nederland tegen Indonesië in de periode 1947-1949. Hij richtte zich op het verdrijven van Westerling, een Turk die voor de Nederlanders vocht 

Het leven in China opende mijn ogen toen ik hoorde over het bloedbad in Nanjing, het deed mij denken aan het bloedbad van Westerling in Zuid-Sulawesi, waarbij 40.000 Indonesiërs werden gedood. 

Op het moment dat ik in China verbleef hoorde ik dat mijn opa ook gevangen was genomen door Westerling, iemand die we in Indonesië kennen als een koelbloedig monster. Toch heeft Westerling mijn opa niet vermoord. Als hij dat wel had gedaan dan was ik er niet geweest en had ik nooit kunnen luisteren naar zijn trotse verhalen over zijn Buginees-Indonesische achtergrond. 

De reden waarom Westerling hem niet vermoord heeft, is nog steeds een mysterie. Ik stel mij soms voor dat Westerling geraakt was door de blik in de ogen van mijn grootvader. Mijn opa had iets dat Westerling niet had, dat is het gevoel van bij een land te horen.

Vanwege mensen zoals mijn opa, en al die anderen die vochten voor de Indonesische onafhankelijkheid, kan ik mij nu trots een ‘Indonesische’ noemen. Dus, het zijn van Indonesiër is een zegen, het is de wil van het lot, de wil van de geschiedenis. Dat is de hoofdreden dat ik mij heb aangesloten bij Histori Bersama.