Country Media Name Year Topic , Translator ,

Liesbeth Zegveld trekt haar handen af van de Indonesië-zaken – K.U.K.B.

Persbericht: Advocate Liesbeth Zegveld trekt haar handen af van de Indonesië-zaken, ze houdt vast aan het koloniale principe van ‘extreem geweld’

Heemskerk, 15 augustus 2021

Aan de vooravond van de dag dat Indonesië de 76-jarige onafhankelijkheid viert, maakt Stichting K.U.K.B. bekend dat Liesbeth Zegveld heeft besloten om Indonesische slachtoffers niet langer bij te staan. In een officiële brief, gedateerd 3 mei 20

Liesbeth Zegveld

21 en medeondertekend door collega Brechtje Vossenberg, schrijft ze aan K.U.K.B.-voorzitter Jeffry Pondaag: “ons kantoor zal/kan geen nieuwe zaken innemen van mensen die op grond van de Kinderenregeling of de Weduwenregeling een claim willen indienen bij de Staat.”

Koloniale wetgeving

K.U.K.B.-voorzitter Jeffry Pondaag is zeer teleurgesteld in zowel Zegveld en Vossenberg, die werkzaam zijn voor het Amsterdamse advocatenkantoor Prakken d’Oliveira: “Ze gaan mee in de koloniale wetgeving die de staat en de rechtbank hanteren.”

Als eerste argument voor de afwijzing noemt Zegveld haar drukke baan, ze zou geen tijd meer hebben. Maar uit haar brief wordt duidelijk dat zij de meeste moeite heeft met de kritiek van Pondaag die haar in de afgelopen jaren herhaaldelijk aanspoorde om het koloniale aspect van de Nederlandse rechtsgang aan te kaarten. In de

Jeffry Pondaag

brief valt te lezen dat Zegveld de Nederlandse aanwezigheid als bezetter, en de koloniale wetgeving die daarbij werd opgetuigd, als een gegeven beschouwt.

Jeffry Pondaag: “Het gaat niet om individuele misdragingen maar om daderschap van een heel land. Nederland was een bezetter van andermans land. Ze hebben niet alleen Indonesiërs vermoord maar ook al onze grondstoffen geroofd en zich daaraan verrijkt, en dat eeuwenlang. Nederlanders zijn moordenaars én dieven. Ze maakten daarbij gebruik van verdeel en heers en hebben een drielaags-apartheidssysteem opgezet. De Indonesische bevolking die tijdens de koloniale tijd 70 tot 100 miljoen mensen telde, werden niet als mens beschouwd.” (Lees hier het uitgebreide antwoord van Pondaag op de brief van Liesbeth Zegveld.)

Legitieme gevechtshandelingen

Beide advocaten volgen hierin de redenering van de Nederlandse staat en de rechtbank die zeggen dat het Nederlandse bezettingsleger naast het hanteren van ‘extreem geweld’ ook ‘legitieme gevechtshandelingen’ uitvoerde. Het Nederlands koloniale recht veroordeelt alleen geweldsdaden die het oorlogsrecht overschrijden. Dit houdt in dat het standrechtelijk executeren van Indonesische burgers en het mishandelen van gevangenen een oorlogsmisdaad is, maar dat de Nederlandse bezetting op zichzelf als legitiem wordt beschouwd.

Volgens dit principe had het Nederlandse regime elke vorm van verzet met geweld mogen antwoorden, zolang zij maar geen burgers en krijgsgevangenen vermoordde of mishandelde. Het is op deze manier dat het neerschieten van een Indonesiër die eind jaren veertig gewapend verzet pleegde, volgens Nederland onder legitieme gevechtshandelingen valt.

Jeffry Pondaag: “Het concept van ‘extreem geweld’ is zo koloniaal! Daarom stel ik steeds de vraag: Waar haalt Nederland het recht vandaan om een land dat 18.000 kilometer ver ligt als hun bezit te beschouwen. Dat recht hadden zij niet.”

Nederlandse rechters zien Indonesische nabestaanden als onderdanen

Uit de vonnissen blijkt bovendien dat Indonesische nabestaanden tot aan 1949 als ‘Nederlandse onderdanen’ worden gezien. De Indonesische onafhankelijkheidsdatum van 17 augustus 1945 wordt door Nederland niet juridisch erkend. Het concept van ‘onderdanen’ die niet in 1945 maar pas in 1949 onafhankelijke Indonesiërs waren, wordt niet gekoppeld aan het drielaags-apartheidssysteem dat Nederland in Indonesië had ingevoerd. De Indonesiërs die de staat aanklagen werden in de koloniale tijd tot ‘inlanders’ gereduceerd, zij genoten niet de rechten die Europeanen hadden. Bij zwembaden en publieke gelegenheden hingen bordjes met de tekst: ‘verboden voor honden inlanders.’ In de rechtszaal wordt dit alles niet benoemd, integendeel, de Nederlandse rechters passen nu Europese wetten toe op mensen die daar nooit onder vielen.

Christa Soeters

Al jaren drong Pondaag er bij Zegveld op aan om de legitimiteit van het koloniaal-racistische bezettingssysteem te bevragen en de apartheid te benoemen. Maar in hun brief stellen Zegveld en Vossenberg dat de onrechtmatigheid van kolonialisme niet de

grondslag van vorderingen kán zijn. Daarnaast geven zij aan persoonlijk beledigd te zijn omdat Pondaag hen verweet er koloniale denkbeelden op na te houden. Dit is voor hen een reden om Indonesische slachtoffers niet langer te willen vertegenwoordigen.

Middels internationale verdragen van de VN is kolonialisme als illegaal vastgesteld, maar de Nederlandse rechtbank en advocaten beschouwen kolonialisme nog steeds als legitiem. “Die arrogantie is misselijkmakend,” reageert secretaris van stichting K.U.K.B. Christa Soeters, die zich sinds kort heeft aangesloten bij het bestuur van de stichting.

De stichting is dan ook op zoek naar een advocatenkantoor dat de Nederlandse bezetting van Indonesië als onrechtmatig ziet en de koloniale wetgeving durft te bevragen, en daarnaast bereid is om het koloniale apartheidssysteem in de rechtszaal te benoemen.


K.U.K.B.-secretaris Christa Soeters
Lees hier het uitgebreide antwoord van Jeffry Pondaag op de brief van Liesbeth Zegveld:

Van links naar rechts: Brechtje Vossenberg, Mevrouw I Talle, Meneer Monji, Liesbeth Zegveld, 27 juni 2019 in de rechtbank in Den Haag. Foto: Marjolein van Pagee